1.Check de koelkast
Als je een kijkje neemt in de koelkast, kun je vaak al een idee krijgen van wat iemand eet of hoe deze persoon tegen eten aankijkt. Als je de koelkast checkt, kun je jezelf de volgende vragen stellen: Wat ligt hier? Is het gezond? Is het voedzaam? Zit er schimmel op of is het over de datum? Hoeveel dingen zijn er over de datum? Ligt er genoeg of is de koelkast nagenoeg leeg?
Als er niet al te veel eten in de koelkast ligt en het is ook nog over de datum. Dan kan er meer aan de hand zijn.
2. Vraag naar het afvallen
Vraag aan de persoon zelf of diegene merkt dat hij of zij aan het afvallen is. Zo ja, vraag ook hoe dat kan. Vraag bijvoorbeeld of iemand eten en drinken nog wel fijn vindt, of er eetlust is. Of dat er wellicht iets anders achter zit.
3. Vraag naar de stoelgang
Dit is misschien een lastige en ongemakkelijke vraag, maar het is belangrijk om te weten of een patiënt last heeft van buikpijn, obstipatie of bijvoorbeeld ontlasting die dunner of donkerder is dan normaal. Dit soort klachten kunnen wijzen op darmkanker of andere onderliggende problemen. Het is goed om dit vroeg te ontdekken, zodat er op tijd een juiste procedure kan worden gestart bij huisarts en ziekenhuis.
4. Check wie de boodschappen doet
Heeft deze persoon iemand die de boodschappen voor hem/haar doet? Of doet deze persoon dat zelf? Het kan een groot verschil maken. Als iemand zelf boodschappen doet, moet diegene genoeg geld hebben, genoeg puf om naar de winkel te gaan en zich daar ook zelf kunnen redden. Als iemand niet genoeg puf heeft of het lastig vindt om zich te verplaatsen, dan heeft dat invloed op de boodschappen en dus op wat die persoon uiteindelijk eet. Als er boodschappen voor iemand worden gedaan, kan iemand gewoon een lijstje inleveren met voldoende gezonde items die zonder moeite bij degene thuis worden afgegeven.
5. Vraag hoe iemand in zijn vel zit
Maak bespreekbaar wat er onder de oppervlakte meespeelt. Het kan zijn dat iemand zich niet goed voelt over zichzelf, of zich eenzaam voelt. Dat kan meespelen in het eetpatroon. Als je het erover kunt hebben wat de onderliggende oorzaken zijn van het afvallen, kun je ook sneller oplossingen bieden. Zoals bijvoorbeeld Tafeltje Dekje, De Zonnebloem of het aangeven van verpleeghuizen waar mensen een hapje mee kunnen eten.
Benieuwd naar meer kennis en tips over dit onderwerp? Kom dan naar de Masterclass Ouderenzorg op 9 maart, waar Emel Bicer een lezing zal geven over ‘Ouderen die afvallen en achterliggende redenen’.
Reacties