Slecht slapen na een nachtdienst: voor veel zorgverleners is het een herkenbaar probleem. Dan verschijn je natuurlijk niet bepaald fris op je werk. Het maakt het bovendien een uitdaging om de dag (of nacht) goed door te komen. En dat terwijl je je zo graag voor de volle 100 procent in wil zetten voor je cliënten.

Slaapproblemen bij zorgprofessionals

Slecht slapen na een nachtdienst is een herkenbaar probleem voor veel zorgprofessionals, weet ook vitaliteitscoach Jessica ten Have. “Ik hoor regelmatig wat van vrienden die in de zorg werken”, vertelt ze. “Ze vinden het moeilijk om goed met hun slaapritme om te gaan, vooral door de combinatie van wisselende diensten en werkdruk. De één komt niet goed in slaap, de ander wordt ’s nachts vaak wakker.”

Ten Have geeft trainingen over verschillende onderdelen van vitaliteit, waaronder goed slapen. “Dat is een hele belangrijke.” In haar webinar bij Hart voor Zorg geeft ze handige, concrete tips om beter te slapen en uitgeruster op je werk te verschijnen. Speciaal gericht op de zorgprofessional en de problemen waar je mee te maken krijgt als je bijvoorbeeld wisselende diensten hebt of vaak te maken krijgt met hoge werkdruk.

Zorgwekkende cijfers

Voor zorgprofessionals is slapen een aspect waar veel winst valt te behalen, zo blijkt ook uit het onderzoek van de Universiteit Utrecht onder leden van de IZZ waar Hart voor Zorg eerder over berichtte. Daaruit kwam naar voren dat 1 op de 5 zorgmedewerkers klinische slaapklachten heeft.

Een zorgwekkend aantal, zeker gezien het percentage zorgprofessionals dat langdurig slecht slaapt (70%) en de negatieve gevolgen daarvan. Bij bijna de helft van alle zorgprofessionals met klinische slaapklachten leidde dat het afgelopen jaar tot verzuim, en voor tien procent geldt zelfs dat ze de zorgsector willen verlaten. En daar komt nog bij dat veel van hen deze problemen voor zichzelf houden, slechts een kleine 20 procent zoekt hulp.

Wat kun je doen?

Wat kun je nu concreet doen als je slecht slaapt na een nachtdienst? Ten Have geeft een aantal voorbeelden. “Slaaphygiëne is een belangrijke: het moet donker genoeg zijn op je kamer. En in de uren voor je gaat slapen, kan je beter geen felle lichten aan hebben staan of op veel op een scherm kijken. De blauwe lichtstralen die daar vandaan komen zorgen dat je hersenen aan gaan staan, terwijl je juist in ontspanningsmodus moet.”

Andere zaken waar je rekening mee moet houden en die Ten Have in haar trainingen behandelt, zijn de slaapfases en je slaapritme. Ook legt ze uit waarom een dutje voor veel mensen wonderen kan doen. “Maar wel een klein dutje”, benadrukt ze. “Als je in diepe slaap komt, word je brak wakker. Een dutje moet tussen de 6 en 30 minuten duren. Even 6 minuten je ogen sluiten, kan al heel veel doen.”

Losbreken uit de vicieuze cirkel

Ten Have beschrijft het als een vicieuze cirkel. “Als je niet uitgerust wakker wordt, kun je niet herstellen. Laat staan goed werken. De zorgen over je werk kunnen in je hoofd gaan zitten, waardoor je weer niet lekker slaapt.” Met haar trainingen helpt ze mensen om los te breken uit dat patroon, zodat ze iedere dag weer energieker kunnen beginnen en niet langer slecht slapen na een nachtdienst.

“Slapen is een groot onderdeel als het gaat om vitaliteit. Al is het natuurlijk wel sterk afhankelijk van ieder individu wat goed werkt. Het maakt bijvoorbeeld een verschil of je een avond- of ochtendmens bent. En of je een gezin hebt of alleen leeft. Daarom ga ik veel met mensen in gesprek in mijn trainingen. Zodat iedereen er wat uit kan halen.”

Benieuwd naar meer tips en uitleg van Jessica ten Have als je slecht slaapt na een nachtdienst? Bekijk hier de video over het belang van goed slapen. In een interview met Hart voor Zorg deelde Pauline van Philadelphia onlangs haar ervaringen met slaapdiensten in de zorg