Waarom improvisatietheater als training voor de zorg voor mensen met dementie?
“De principes van improvisatie werken fantastisch in de omgang met mensen met een haperend brein. Het is leuk om iets actiefs te doen en daarnaast blijven de voorbeelden die ik schets met de opdrachten beter hangen. Niet alleen omdat het grappig is en er gelachen wordt, maar ook om het gevoel dat de opdrachten oproepen. Je stapt heel even in de wereld van iemand met dementie en krijgt zo het gevoel dat zij wellicht dagelijks hebben.”
Heb je een voorbeeld van een opdracht?
“Een van de opdrachten die ik meestal doe, is het maken van tweetallen. In die tweetallen moet je tot drie tellen. Vervolgens vervang je 1 – 2 en – 3 met een opdracht. Op 1 moet je springen, op 2 klappen en op 3 moet je de naam van een bekende Nederlander roepen. Omdat je zoveel tegelijk moet doen, wordt het brein overvraagd. Op dat moment doe je een aantal dingen die mensen met dementie ook doen, je gaat je als het ware hetzelfde gedragen. Je kunt een black-out krijgen en bijvoorbeeld geen bekende Nederlander bedenken. Ook kun je de bekende Nederlander pikken van een achterbuurman, die iets roept. Of je gaat in hokjes denken. Je roept bijvoorbeeld alleen nog maar voetballers of mensen uit het koningshuis. Allemaal dingen die mensen met dementie ook kunnen doen. Na de oefening is daar hopelijk meer begrip voor, omdat de zorgprofessional het zelf ook heeft meegemaakt.”
Heb je meer manieren om dat begrip voor mensen met dementie te vergroten?
“Er zijn ongelooflijk veel manieren om begrip te vergroten, bijvoorbeeld door voorbeelden en verhalen te delen. En ik vind het echt belangrijk dat je goede kennis hebt over dementie en het ouder wordende/beschadigde brein. Wat kunnen mensen niet meer en hoe zorg je ervoor dat ze op dat deel dan ook niet meer worden aangesproken? Als je dat wel doet, hebben mensen het idee dat ze falen en dat vindt niemand fijn.
“Als je iemand met een haperend of ouder wordend brein veel vragen stelt, kan die persoon in de war raken. Ik geef bijvoorbeeld ook een opdracht waarin mensen van elkaar te weten moeten komen waar ze wonen, wat ze gegeten hebben of hoeveel kinderen de ander heeft. Dat moeten ze te weten komen zónder vragen te stellen. Het voorbeeld dat ik daarin geef, is dat ik gewoon een gesprek begin met de mens met dementie. Een stukje uit mijn eigen leven vertel, over mijn kinderen bijvoorbeeld. Dan komt er vanzelf wel iets van hun kant, er gaat een luikje open, wat ze zich nog wel herinneren komt naar boven. Je geeft ze de ruimte om iets te vertellen, zonder dat ze het gevoel hebben dat te moeten weten. Het geeft ze rust.”
Wat mag er volgens jou veranderen in de zorg voor mensen met dementie?
“Het mag van mij iets minder eenheidsworst zijn. Het kan zoveel leuker, frisser en energieker. Naar mijn mening werkt het niet als je met z’n allen bingo speelt als dagbesteding. Het mag persoonlijker, meer op de mens gericht zijn. Als iemand dementie krijgt vraag dat echt om een andere benadering, een andere taal.
“Ik praat vaak over de kunst van het verleiden. Veel mensen kunnen nog best lang thuis wonen, en gaan bijvoorbeeld naar een ‘dagbesteding’. Terwijl veel mensen met dementie het eng vinden om hun veilige haven te verlaten. Het is de kunst om die mensen niet het gevoel te geven dat ze moeten gaan, maar ze het gevoel geven dat ze nodig zijn. Dat als ze niet meegaan, het helemaal niks wordt bij die club. Dat voelt persoonlijker voor hen, waardoor ze er anders instaan.”
En hoe ziet zo’n dagbesteding eruit als bingo een no-go is?
“Nadenk-spelletjes zijn moeilijk voor deze mensen. Dus Rummikub en Bingo kunnen frustrerend zijn. Het denkende of het bovenbrein is bij dementie vaak beschadigd en niet goed te gebruiken. Het onder- of gevoelsbrein, daar waar automatisme, gevoel en emoties opgeslagen liggen, kan nog wel goed fungeren. Een bezigheid kan bijvoorbeeld zijn: gooi een bestekla om en mensen gaan het bestek sorteren. Of leg kaarten en pennen op tafel. Oudere mensen hebben in hun leven vaak veel kaarten geschreven, dus reken maar dat ze iets op die kaart gaan krabbelen. Laat mensen dingen doen waar je ze later voor kan bedanken, dat geeft zo’n fijn gevoel.”
Welke tip geef je zorgprofessionals mee?
“Probeer je zoveel mogelijk in te leven in deze persoon, kijk waar de ogen van gaan stralen. We zijn snel geneigd om mensen alle zorg uit handen te nemen en ze in de watten te leggen. Maar ik geloof dat ikzelf ook kriebelig zou worden als mensen de hele dag alles voor je doen en ikzelf alleen maar zit te zitten. Vanuit die beleving alleen al, valt er een grote slag te maken. Ze hebben dan wel dementie, ze zijn natuurlijk gewoon mens. En ieder mens doet ertoe, iedereen hoort erbij. Mensen met een haperend brein hebben ook nu nog hun eigen kracht. Het is belangrijk om die in te zetten en mensen zo een gevoel van eigenwaarde te geven.”
Spelletjes doen met mensen met dementie is enorm goed voor hun hersenen en daarnaast erg leuk! Daarom hebben wij de vijf leukste spelletjes voor mensen met dementie op een rij gezet.
Reacties