Joël Kruisselbrink rende de afgelopen maand van hot naar her, onder meer vanwege de landelijke sportweek en de Hart voor Zorg inspiratieweek in Den Haag. “Maar vandaag was ik weer gewoon een dagje aan het werk op de afdelingen hier. Mensen in beweging brengen. Dat blijft het mooiste. Ik had een groepsles met de meest ‘inactieve’ mensen hier. Dan is het goed kijken naar wat ze nog kunnen. Dus gaan we bijvoorbeeld met z’n allen om de tafel zitten en een balletje rollen, zo simpel kan het soms zijn.”

Joël werkt als bewegingsagoog bij Lelie Zorggroep. De bewoners daar reageren meestal direct enthousiast wanneer hij zich weer meldt. Want hij komt altijd wel weer met iets nieuws: van ‘paraplubal’ tot ‘föhnbal’. Of voor de mensen die niet veel meer kunnen: tape op de tafel plakken en ze daar een balletje naartoe laten rollen. “Soms zien mensen me komen en zeggen ze: wat heeft-ie nou weer bedacht. Dat is superleuk om te horen. En het enige wat je nodig hebt, zijn huis-, tuin- en keukendingen.

‘Uitlokken’

Of er dan geen ouderen zijn die het wat kinderachtig vinden of betuttelend? “Ja, die heb je wel hoor”, zegt hij met een lach. “Maar dan is het juist de uitdaging om ook voor hen de juiste motivatie te vinden om in beweging te komen. En wat ik vaak zie, is dat mensen in eerste instantie nors reageren, maar zodra ze anderen bezig zien er toch wel een lach op hun gezicht verschijnt. En dat ze toch mee willen doen.”

In dat ‘uitlokken’ van mensen om in beweging te komen zit heel veel waarde, volgens Joël. Juist als je de wat meer inactieve bewoners in beweging wilt krijgen. “Ook als zorgverlener ben je toch wat sneller gefocust op de vrolijkere, actievere bewoners, dan op degenen die verveeld in bed willen blijven liggen. In mijn eerste jaar deed ik dat ook.”

Maar juist voor die inactievere bewoners is het natuurlijk extra belangrijk dat ze in beweging worden gebracht. Dus daar mag meer aandacht naartoe. “Je kunt wel een activiteit in de oefenzaal organiseren en vragen wie daarheen wil komen, maar dan komen alleen de actieve bewoners. En begrijp me niet verkeerd, ik ben ook een voorstander van dit soort activiteiten. Maar zeker in coronatijd heb ik geleerd dat je beweging ook naar de mensen op de zaal kan brengen.”

Half miljoen volgers

Doordat hij zag hoe goed zijn spellen werkten op de afdeling, besloot Joël om video’s te delen. “Ik wilde het vak van bewegingsagoog wat promoten, want het is niet zo bekend. Dus ik dacht, laat ik eens een video op LinkedIn zetten. Die ging gelijk viral. Dus maakte ik ook een Instagramkanaal aan en vervolgens ging het best hard.”

Wat heet. In twee jaar groeide Joël’s Instagramkanaal naar meer dan een half miljoen (!) volgers. Tot verbazing van Joël zelf. “Dat had ik natuurlijk nooit verwacht. Ook grote kanalen zoals de Telegraaf en the LAD.bible pikten het op, en toen was er geen houden meer aan. Nu krijg ik dagelijks reacties van over de hele wereld. Ook veel mensen die video’s delen van hoe ze mijn spellen op hun afdeling hebben gedaan, of dingen die ze zelf hebben verzonnen.”

Zorgprofessionals energizen op V&V Festival

Het liefst besteedt hij aandacht aan al die reacties, maar dat is eigenlijk niet meer mogelijk. Hij heeft het er zo druk mee, dat hij soms moet uitkijken niet overprikkeld te raken. “Ik vind het natuurlijk heel leuk, maar ik vind het ook belangrijk dat ik mijn werk gewoon kan blijven doen. Dus ga ik ook niet meer in op alle uitnodigingen voor evenementen, alleen degenen waarvan ik denk dat ze bij me passen en waar ik mensen kan bereiken die iets aan mijn verhaal hebben.”

Zoals afgelopen maand in Den Haag dus, waar Joël voor honderden zorgprofessionals een workshop gaf op het V&V Festival. “Dat was superleuk en mooi om in zo’n grote zaal te staan. Lekker met z’n allen in beweging komen, mensen energizen. Maar ook laten zien hoe ik probeer te zorgen dat ik ook de meest inactieve bewoners enthousiast krijg om te bewegen.”

“Als je een kamer van een bewoner binnenkomt, besteed dan aandacht aan wat je ziet. Waar houdt deze persoon van? Zie je een schilderij van een schip aan de muur, vraag dan of iemand houdt van varen. En niet meteen beginnen met: ‘hé, heeft u zin om te gaan bewegen?’. En soms moet je tien keer een bak koffie met iemand drinken en praten, maar die elfde keer lukt het.”