In Nederland overlijden jaarlijks 1800 mensen aan zelfmoord, gemiddeld bijna 5 per dag. Zo’n 40 procent van hen was in behandeling in de geestelijke gezondheidszorg. Dat betekent dat veel hulpverleners tijdens hun werk te maken krijgen met zelfmoord. Zij kunnen met veel vragen achterblijven: Wat is er precies gebeurd? Waarom? Had ik iets anders kunnen doen? Had ik dit kunnen voorkomen?
Zorgverleners aan het woord
In de interviewbundel Pijn aan de zijlijn komen meerdere zorgverleners aan het woord die in een dergelijke situatie hebben gezeten. Ze zijn open over de gevoelens die onlosmakelijk met een zelfmoord verbonden zijn. Schrik, verdriet, onmacht, angst, schaamte en schuld krijgen allemaal aandacht. Deze gevoelens kunnen nog jarenlang bestaan.
De bundel laat ook mooie momenten zien. Verhalen waaruit blijkt dat de hulpverlener veel heeft betekend voor zijn of haar suïcidale cliënt. Een luisterend oor en een gevoel van betrokkenheid kan voor dergelijke cliënten een wereld van verschil maken. Ook het belang van een open gesprek met de naasten van een client wordt benadrukt. Het is niet voor iedere hulpverlener makkelijk om na een zelfmoord het gesprek aan te gaan met de nabestaanden, maar dat kan voor alle partijen wel heel waardevol zijn.
Uniek inzicht
Alex de Ridder, psychiater en lid van de Raad van bestuur van GGz Breburg, spreekt van een indrukwekkende bundel. “De bundel biedt een uniek inzicht in de ervaring van de hulpverlener die betrokken wordt bij misschien wel de meest existentiële hulpvraag die wij kennen: suïcidaliteit. De impact van suïcide is immens en roept gevoelens op van onzekerheid, kwetsbaarheid, verdriet en bovenal grote betrokkenheid. Om dit laatste op te (kunnen blijven) brengen, is het open kunnen delen van gevoelens die het meemaken van een suïcide oproepen van vitaal belang.”
Reacties