De ministers schrijven in een brief aan de Tweede Kamer dat er op dit moment 800.000 Nederlanders tachtig jaar of ouder zijn. In 2040 is dit aantal al verdubbeld. Het zal dan nog belanrijker zijn dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen, om zo de zorg zoveel mogelijk ademruimte te gunnen. Daarvoor zijn speciale woningen nodig.

Dat proces moet nu al gestart worden. De ouderen van 2040 zijn nu namelijk 65 jaar. Volgens de ministers “een leeftijd waarop de meeste mensen vitaal zijn en een stap in hun wooncarrière kunnen maken. Het is tevens een leeftijd waarop het verstandig is na te denken over het wonen over tien of twintig jaar, wanneer de vitaliteit waarschijnlijk minder zal zijn.”

Verhuizingen

Ministers Helder en De Jonge hopen dat er op deze manier ‘een hele verhuisketen’ op gang komt. Hier zouden veel voordelen aan kunnen hangen. “Als een oudere een eengezinswoning achterlaat, kan een jong gezin daar naartoe verhuizen. Zij maken op hun beurt een passende woning voor een starter vrij. Zo leidt een verhuizing van een ouder iemand gemiddeld tot bijna drie verhuizingen.”

Voor ouderen kan verhuizen lastig zijn. Ze zijn gehecht aan hun woning en voor een verhuizing moet veel geregeld worden. Daarnaast zijn ze vaak slecht op de hoogte van het aanbod en hebben ze moeite om daar informatie over te vinden.

Woonvormen

Een ander probleem is het vinden van een geschikte woning. De ministers willen hier meer aandacht aan geven door zich te richten op drie soorten woningen: nultredenwoningen, geclusterde woonvormen en verpleegzorgplekken.

Nultredenwoningen zijn woningen die compleet bereikbaar zijn zonder trappen te lopen, zowel binnen als buiten de woning. Tot 2030 moeten er 170.000 nieuwe nultredenwoningen bijgebouwd worden.

Geclusterde woonvormen zijn vooral gericht op sociaal contact. Bij deze woonvorm hoort vaak een ontmoetingsruimte en ontbreken trappen meestal. Denk hierbij bijvoorbeeld aan hofjeswoningen of seniorenflats. Het kabinet wil 80.000 woningen in een geclusterde woonvormen bouwen.

Tot slot de verpleegzorgplekken. Deze plekken hebben extra voorzieningen en zijn bedoeld voor mensen met een beperking of bewoners die zorg nodig hebben. In 2030 hoopt het kabinet 40.000 van deze plekken gecreëerd te hebben.