Zowel vakbonden als werkgevers vinden dat het roer om moet in de VVT. Ze stellen dat doorgaan op dezelfde voet onherroepelijk tot een zorginfarct leidt. Dat schrijven ze in het manifest ‘De medewerker op 1’. “De VVT moet een sector zijn waarin het fijn is om te werken. Daarom zetten we de medewerker op 1 in de VVT! Doordat de beloning van zorgmedewerkers sterk achterblijft bij de marktsector, is werken in de zorg minder aantrekkelijk. Steeds meer medewerkers komen in financiële problemen. De beloning moet dus omhoog en de werkdruk omlaag.”

Inhoud ‘De medewerker op 1’

Het manifest, ondertekend door Actiz, Zorgthuisnl, FNV Zorg & Welzijn, CNV Zorg & Welzijn, FBZ en NU ’91, bestaat uit acht punten:

  1. Structureel meer geld van de overheid voor de VVT
  2. Meer werken moet lonen
  3. Kosten voor begeleiding van stagiaires en leerlingen opnemen in tarieven
  4. Toetsing van kwaliteitskaders
  5. Afspraken over reële en kostendekkende tarieven
  6. Inzet van talenten, competenties en kwaliteiten
  7. Ondersteunen initiatieven (regionale) samenwerking
  8. Administratielast aanpakken.

Toelichting op deze punten is terug te lezen in ‘de medewerker op 1’.

De vakbonden en werkgevers willen vooral dat medewerkers zeggenschap hebben en dat hun werk gewaardeerd wordt. Dat moeten ze kunnen terugzien in hogere lonen. Daarnaast moeten de werkomstandigheden verbeterd worden. Zo wordt de zorg weer aantrekkelijk en kan een zorginfarct voorkomen worden. Volgens FNV Zorg & Welzijn is het manifest nog maar een begin. “De overheid is nog niet van ons af”, schrijven ze op hun website.